Ahmad bin Hanbal zei:
“Ik hoorde Abdur-Razzaaq spreken over de Gezegde van Allaah, de Almachtige en Majesteuze: “En het past de gelovigen niet dat zij allen (ten strijde) uitrukken. Waarom rukt van elke groep niet een aantal uit, zodat zij (die achterbleven) begrip over de Godsdienst kunnen krijgen, zodat zij hun volk (de strijders) zullen waarschuwen wanneer zij tot hen zijn teruggekeerd. Hopelijk zullen zij zich behoeden”. (Qur’an Surah Taubah 9:122).
… En hij zei: “Dat gaat over de Ashaabul Hadith!”
(”Tahdheeb Sharaf Ashaabul-Hadeeth”).
No comments:
Post a Comment